“Hommage aan Tonny van Bragt”

Tonny van Bragt kwam als vrij kunstenaar in 1962 van Amsterdam naar Maastricht, waar hij een vaste aanstelling kreeg als staf-docent kleur en materiaal aan de Jan van Eyck Academie. Voor Mathieu was Tonny toen nog een onbekende. Bovendien was hij reeds 9 jaar tevoren afgestudeerd aan bovengenoemde Academie.

Marianne van der Heijden heeft Mathieu in contact gebracht met van Bragt; zij kende Tonny uit haar Amsterdamse studietijd. Zij vond dat Mathieu hem moest leren kennen. “Ik denk dat julie het samen goed kunnen vinden”.14 Jaar, tot aan zijn dood, is hij een trouwe vriend gebleven van Mathieu en zijn vrouw Riet. Studenten en afgestudeerden van de Jan van Eyck Academie heeft hij met raad en daad bijgestaan, soms tot diep in de nacht. Niets was hem te veel. Ook de amateur kon bij hem alle informatie krijgen die hij nodig had. Buiten de vruchtbare gesprekken over beeldende zaken, vooral over kleur, hebben de vrienden menige gezellige avond doorgebracht. Hij is een van die mensen die in je herinnering blijven voortleven.

Kleur was voor hem een fenomeen, gekoppeld aan de vorm. Wanneer hij sprak over kleur, dan deed hij dat met zo’n gloedvolle overtuiging, dat het Mathieu zodanig fascineerde dat hij er zich nadien niet meer van heeft kunnen losmaken. Het wit, zwart en vooral grijs, stond bij hem centraal. “Grijs”, zei hij: “is het hart van de schilderkunst, kijk maar naar het hart van de kleurenbol; volgens de wetmatigheid is dit grijs”. Hij sprak ook veel over de werking van de contrastkleuren en de suggestiekleur; ‘n kleur oproepen die er niet is. Menig keer heeft hij gezegd: “ kleur is een subtiele zaak, ga er dus ook subtiel mee om”.

Wat hij nastreefde, ook in zijn eigen schilderijen, was niet het spectaculaire, maar het onopvallende, het vanzelfsprekende, de stilte. Voor de stille eenvoudige schilderijtjes van de op latere leeftijd bekend geworden Italiaanse schilder Morandi, had hij een groot respect.

Wanneer hij zelf schilderde - dat kwam de laatste jaren alleen nog voor in vakanties - dan begon hij met een spalter van 12 cm breed en eindigde - bij wijze van spreken - met een penseel van één haar. Op een reis, dwars door Spanje, heeft Mathieu dit zelf mogen beleven. Volgens Mathieu was het het beeld van de spiraal, hij begon bij de buitenste ringen en eindigde bij de diepte van de kern. In de “Hommage aan Tonny van Bragt” heeft Mathieu getracht uit te beelden, waarvan hij zo begeesterd was, te weten het puur beeldende. In september 1976 (een half jaar na zijn dood) is Vroemen begonnen aan de “Hommage” en er zijn nadien ongeveer 145 variaties ontstaan.

Wanneer Vroemen terugblikte op zijn vroegere werk zoals de kruiswegstaties van Brunssum en Oud -Valkenburg,- een dramatisch onderwerp - kwam hij tot de konklusie dat Tonny van Bragt hem niet alleen vooral via de wetmatigheid van de kleur, niet alléén het grijs, maar ook het licht heeft laten ontdekken. Waren de kleuren vroeger overwegend donker, dramatisch, dan waren ze nu overwegend licht en blijmoedig, waarin de donkere tonen, voorzover nodig, hun dramatische functie behouden als kontrast.

< vorige | volgende >

home | entree | biografie | gerelateerd | tekeningen | grafiek | typografie | hommage | schilderijen | foto's | links | contact